Plots ben je alleen.

Neergestoken op de markt in Oujda

In 2016 ging ik voor het eerst naar een weeshuis. Ik had dit nog nooit gedaan en wist zelfs niet waar ik moest zijn. Ik belde mijn neef, die in Oujda woont, op en vroeg hem om mij naar een weeshuis te brengen. Ik wilde enkele kindjes gelukkig maken, zei ik. Hij kwam me met de auto oppikken en een kwartiertje later stond ik aan de deur van een weeshuis. Ik belde aan de poort waar ik even wachtte. Op dat moment kwam er een oud vrouwtje aan de poort staan met 2 kleine jongens van ongeveer 5 en 6 jaar oud.

De poort ging open en ik zei tegen die Hajja: ‘Ga maar hoor’. Ze nam de twee kleintjes bij de hand, ging binnen en ze namen ergens plaats in de gang.

Ik hoorde op dat moment niets, geen spelende kinderen, helemaal niemand. Het leek of het weeshuis leeg was. De directrice kwam me groeten. Ik zei dat ik graag weeskindjes wil helpen en als het mogelijk was ook een rondleiding wou krijgen. Ze was zeer vriendelijk en ze zei: ‘Ja, is goed’. Op het moment dat ze me wilde meenemen, zei ik: ‘Wacht, mevrouw mag anders wel voor. Ik wacht wel even’. De directrice zei dat ze hier op afspraak zijn en dat er al iemand kwam voor ze.

We wandelden de trap op en ik vroeg haar of ze iemand kwamen bezoeken. Toen vertelde ze me dit verhaal. Ze zei: ‘Neen, een paar dagen geleden, net toen de ramadan begon , was hun vader chebakia gaan verkopen op de markt in Oujda. Er is een confrontatie ontstaan tussen hem en een andere chebakia-verkoper. Hij werd op de markt neergestoken en is ter plaatse aan zijn verwondingen overleden. Ze hebben sindsdien hun papa nooit meer gezien’. Ik kreeg een krop in mijn keel en moest mijn tranen bedwingen. Ook mijn vader was overleden, maar dan onderweg naar het werk. Ik vroeg haar of de mama er niet meer is. Ze zei me dat enkel de papa voor de kinderen zorgde en dat de vrouw die erbij is hun oma is. Zij kan amper voor haarzelf zorgen en om de kindjes niet te verwaarlozen, wil ze de jongens hier afzetten. 

Na de rondleiding vond ik spelende kinderen op de speelplaats en daar zag ik de 2 jongentjes terug. Ik ging meteen naar ze toe en één van hen vroeg ik of hun grotere broer niet wilde zijn. Ik zei dat ik meer dan dat zal zijn voor jullie In’cha’Allah. Sinds die Ramadan, in 2016, help ik Driss en Samir elk jaar minstens 3 à 4 keer.

Dit is maar één van de vele schrijnende verhalen. Er zijn zoveel kindjes die onze hulp nodig hebben en zeker tijdens de maand Ramadan.

Voel jij je ook geroepen om een kleine donatie te doen voor de kindjes dan kan je dat doen via onze donatiepagina.

? bijdrage doneren ?

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here